Gehoorzame huishond

De cursus Gehoorzame Huishond is opgedeeld in verschillende cursussen:

GHH Nieuw

De cursus GHH Nieuw is speciaal bedoeld voor de combinatie baas/ hond, die voorheen nog geen cursus heeft gevolgd en waarvan de hond ouder dan 5 maanden is. De GHH Nieuw heeft vooral een sociale functie, waarbij we in de meeste gevallen kunnen voorkomen dat uw hond onhanteerbaar wordt. Vaak zijn bij de hond al gedragsproblemen ontstaan, omdat tijdens de opvoeding niet alle signalen die tot dergelijk gedrag kunnen leiden werden opgemerkt.

We streven er naar dat baas en hond aan het einde van de cursus de basiscommando’s (zit, af, staan en volgen) begrijpen.
Daarnaast streven we naar positief gedrag naar andere honden en mensen.

De THSV is er om u als baas te helpen uw hond te leren luisteren, zodat uw hond niet in een asiel belandt of in het ergste geval een laatste bezoek brengt aan een dierenarts.
Wij zien natuurlijk het liefst dat baas en hond met veel plezier met elkaar om gaan!

 

GHH

Tijdens de GHH wordt de elementaire (basis) gehoorzaamheid verder uitgebreid. We besteden daarnaast aandacht aan het volgen, spelen met de baas en apporteren. Dit houdt in dat honden keurig luisteren naar hun baas.
Als voorbeeld moet een hond in een winkelstraat keurig naast de baas blijven lopen. Wil de baas een winkel bezoeken, blijft de hond netjes zittend of liggend wachten zonder te janken of te blaffen.
De hond wordt geleerd om zich niet agressief te gedragen tegen zowel mensen als soortgenoten en niet onnodig te blaffen.

GHH 1

Om de GHH 1 te mogen volgen is het een vereiste dat de combinatie baas/ hond de GHH met goed gevolg heeft doorlopen. In deze vervolgcursus gaan we de puntjes op de spreekwoordelijk ‘i’ zetten. De inhoud wordt hoofdzakelijk bepaald door de elementaire basisvaardigheden. Aan het einde van de GHH 1 zou uw hond u (ook) los moeten kunnen volgen.

GHH 2

In deze cursus gaan we het los volgen pas echt oefenen. Lekkernij als beloning voor de hond voor het correct uitvoeren van een oefening, gaan we langzaam afbouwen. De oefeningen zoals apporteren, volgen aan de lijn en de elementaire basisvaardigheden, gaan we (verder) verbeteren.

GHH 3

Bij de GHH 3 streven we naar perfectie. Dit betekent langere afstanden (strak) volgen, zowel aangelijnd als los en grotere afstanden bij de individuele oefeningen. Daarnaast introduceren we de oefening ‘plaatssturen’.
De GHH 3 sluit u af met een examen.

 

Lesduur voor de GHH:
12 weken cursus à 45 minuten.

Eisen voor baas en/ of hond:
– de begeleider moet minimaal 16 jaar zijn
– de hond dient voorzien te zijn van de volledige inenting
– begrip, geduld en leergierig (de baas dan, de hond is dit van nature)

U kunt u aanmelden voor een cursus met behulp van het aanmeldformulier op deze website.

 

Programma van eisen voor een GHH 3 clubexamen

1. Gedrag ten aanzien van andere honden
Tijdens deze oefening wordt zowel het gedrag van de actieve deelnemer als dat van de passieve deelnemers beoordeeld. Het gedrag van de honden moet normaal, vriendelijk zijn. Het mag niet vijandig of hinderlijk zijn. De hond mag zich tevens niet af te laten leiden door andere honden. Honden die uitvallen naar andere honden worden van verdere deelneming uitgesloten. Puntenaftrek kan volgen indien een hond tijdens deze oefening gecorrigeerd dient te worden. Maximaal behaalbare punten 10, minimaal 5 punten.

2. Staan en betasten
Op aanwijzing van de keurmeester laat de geleider de hond staan, waarbij de hond zich slechts gering mag verplaatsen, naar keuze los of aan de lijn, en gaat vervolgens op aanwijzing van de keurmeester ongeveer 1 meter schuin voor de hond staan. Wordt de oefening aangelijnd uitgevoerd, dan dient de lijn slap te hangen. De hond moet zich rustig in staande houding door de keurmeester aan alle kanten laten betasten. Dit alles moet de hond rustig toelaten zonder te wringen of draaien. Uitvallen naar de keurmeester leidt tot uitsluiting van het verdere examen. Grommen leidt tot puntenaftrek, afhankelijk van de mate waarin dit gebeurt. Na het betasten gaat de geleider op aanwijzing van de keurmeester rechts naast de hond staan en laat deze op commando de zitpositie innemen, waarna onmiddellijk oefening 3 volgt “het gebit tonen”. Maximaal 10 punten – minimaal 5 punten.

3. Gebit tonen
Op aanwijzing van de keurmeester toont de geleider door het oplichten van de lippen van de hond het gebit. De hond moet rustig blijven en op geen enkele manier verzet plegen en het mogelijk maken dat de keurmeester het gebit goed kan zien, waarbij de tanden van de hond op elkaar moeten zijn. Maximaal 10 punten.

4. Blijven liggen
Deze oefening wordt gelijktijdig met meerdere deelnemers uitgevoerd, direct na oefening 3 waarbij de deelnemers nog in linie staan. Op aanwijzing van de keurmeester maken de geleiders allen tegelijk de lijn van hun hond los. De lijn wordt aaneen gehaakt of geknoopt over de linkerschouder of om de nek gedragen. Op aanwijzing van de keurmeester geven de geleiders een voor een hun hond het commando te gaan liggen, hetgeen de hond onmiddellijk en zonder aarzelen moet opvolgen, door naast de geleider te gaan liggen. Gaat de hond liggen op een commando van een ander, dan leidt dit tot een aftrek van 1 punt. De honden mogen zich niet van hun plaats begeven, hetgeen elke hond met een commando mag worden opgedragen vlak voordat de geleider zich van hem verwijdert. Geeft de geleider hierna toch nog een commando of werkt hij op andere wijze in op de hond, dan leidt dit tot een beoordeling met het cijfer 0. Op aanwijzing van de keurmeester verwijderen de geleiders zich, in voorwaartse beweging. Zij stellen zich op een door de keurmeester aan te geven plaats zodanig verdekt op, dat alle honden hen niet kunnen zien of horen. Na 3 minuten gaan op aanwijzing van de keurmeester de geleiders terug naar hun hond, ze staan tegenover hun hond, daarna gaan de geleiders op aanwijzing van de keurmeester, rechts naast hun hond staan, zonder enig commando te geven. Op aanwijzing van de keurmeester geven de geleiders een voor een hun hond het commando om de zitpositie in te nemen. Gaat een hond zitten op het commando van een ander dan volgt er puntaftrek. Maximaal 10 punten.

5. Volgen aan de voet aangelijnd
Bij aanvang van de oefening dient de hond de zitpositie in te nemen. De hond moet vlot en attent volgen aan de slappe lijn, onmiddellijk naast de geleider met de kop ter hoogte van het linkerbeen, zodanig dat hij in geen enkel opzicht in diens beweging en hindert. Er wordt in een normale vlotte wandelpas gelopen, de lijn wordt in de linkerhand gehouden, de armen normaal bewogen. Onder het lopen hoort men een keer halt te houden de hond dient onmiddellijk de zit positie in te nemen. Er mag niet tegen de hond gesproken worden of anderzijds door bewegingen van de geleider op de hond worden ingewerkt. Maximaal 10 punten.

6. Volgen aan de voet los
Bij aanvang van de oefening dient de hond de zitpositie in te nemen. Op aanwijzing van de keurmeester maakt de geleider de lijn van de hond los. De lijn wordt aaneengehaakt of geknoopt over de linkerschouder of om de nek gedragen. Verder wordt deze oefening geheel uitgevoerd als bij oefening 5 met de volgende uitzondering: Bij de oefening wordt gevraagd aan de overige deelnemers een vierkant te vormen. De geleider dient tweemaal linksom en tweemaal rechtsom het vierkant met de overige deelnemers te omcirkelen. De geleider bepaalt hierbij zelf de route.  Maximaal 10 punten minimaal 5 punten.

7. Komen op bevel
Aan het einde van oefening 6 laat de keurmeester de deelnemer halt houden in het midden van de vierkant. Hier wordt de hond op aanwijzing van de keurmeester afgelegd, waarbij de riem bij de hond wordt gelegd. Op aanwijzing van de keurmeester verwijdert de geleider zich voorwaarts tot een afstand van ongeveer 30 meter. Hier stelt hij zich op met het gezicht naar de hond toegewend. Op aanwijzing van de keurmeester geeft hij de hond het commando om bij hem te komen. De geleider dient zijn armen langs het lichaam te houden, met de handen gestrekt en wacht op de aanwijzing van de keurmeester zonder verandering van houding. De hond moet onmiddellijk en langs de kortste weg gehoorzamen, bij voorkeur in draf of galop en recht voor de geleider gaan zitten. Daarna geeft de geleider op aanwijzing van de keurmeester de hond het commando om de zitpositie in te nemen. Maximaal 10 punten.

8. Terugzenden plaats
Bij aanvang van de oefening bevindt de hond zich in de zitpositie (einde van oefening 7). De hond dient deze houding te bewaren tot hij van de geleider, op aanwijzing van de keurmeester, het commando krijgt om naar de riem terug te keren. De hond dient dit onmiddellijk te doen, langs de kortste weg en direct op of bij deze plaats te gaan liggen, met het front naar de geleider. Op aanwijzing van de keurmeester begeeft de geleider zich naar de hond en gaat rechts van hem staan. Daarna geeft de geleider op aanwijzing van de keurmeester de hond het commando om de zitpositie in te nemen. Maximaal 10 punten.

9. Vlak apport
Voor deze oefening dient men een eigen apporteerblok of dummy  te gebruiken. Bij aanvang van de oefening dient de hond de zitpositie in te nemen. Op aanwijzing van de keurmeester werpt de geleider het apport minstens 10 meter weg. Het is toegestaan om voor het gooien een wachtcommando te geven. De hond dient naast de geleider te blijven zitten totdat deze hem, op aanwijzing van de keurmeester, het commando geeft te apporteren. De hond moet hier vlot gevolg aan geven, via de kortste weg. Het is toegestaan dat de hond zich direct voorbij het apport omwendt alvorens dit op te pakken. De hond moet na het oppakken van het apport onmiddellijk langs de kortste weg naar de geleider terugkeren en recht voor de geleider gaan zitten met het front naar hem toegewend, zodanig dat deze het apport kan aannemen zonder zich te hoeven verplaatsten. Maximaal 10 punten.

10. Omgang baas-hond
Aan de gedragingen van geleider en hond wordt beoordeeld of tussen beiden de gewenste verstandhouding aanwezig is. Na elke oefening is een rustige beloning van je hond toegestaan (en zeker gewenst). De hond dient het hele programma vlot en attent af te werken. Dit onderdeel wordt tijdens de oefeningen beoordeeld. Wordt bij de oefeningen 1 t/m 9 een aantal punten verloren, dan komt dit ook tot uiting in het cijfer bij deze oefening.
Maximaal 10 punten.

Voor het examen kan men maximaal 100 punten behalen. Minimaal aantal punten om te slagen: 60 punten.

Wilt u een vervolg op ons GHH3 clubexamen, dan zijn er ook landelijke examens.
Informatie hierover kunt u verkrijgen via het secretariaat.

NB: Het gehele jaar door bestaat er in goed onderling overleg eventueel de mogelijkheid tussentijds in te stromen in één van de hierboven beschreven cursussen.